Geschiedenis
Mariaschool 1875 - 2008 - Schoolhistorie in vogelvlucht
In 1875 verzoekt Pastoor Wilhelmus de Beer, aan de generale overste van de congregatie van “Heijthuijsen”, om enige zusters naar Eemnes te zenden. Zij zullen de opvoeding en het onderwijs van de jeugd op zich nemen. In september arriveren de eerste zusters om een huis als klooster in te richten. Dit huis wordt toegewijd aan het H. Hart. Zuster Donata begint een kleuterschool voor 3 tot 6-jarigen. De kinderen kregen onderricht in bidden, catechismus en de eerste beginselen van lezen, schrijven en rekenen.
In 1911 zijn de gebouwen van klooster en school rijp voor de sloop. Na bisschoppelijke goedkeuring, ontvangen voor nieuwbouw, wordt de nieuwe school en het nieuwe klooster ingewijd en toegewijd aan het H. Hart. Ook de jongens, die tot dan onderwijs volgden aan de openbare school, werden toegelaten op de H. Hartschool. De zusterschool was na enkele jaren behoorlijk vol. De lokalen waren te klein. Het kerkbestuur moest maatregelen gaan nemen.
Oprichting jongenschool
In 1919 werden er plannen gemaakt voor de oprichting van een jongensschool. Bovendien had de schoolopziener aanmerkingen op het feit dat de jongens door vrouwelijk personeel werden onderwezen. Op 1 mei startte de aparte jongensschool in het gebouw van de oude openbare school o.l.v. meester Geerars. Nu de school eenmaal aan de gang was, ging men samen met de districtsschoolopziener plannen maken om het gebouw op te knappen.
Niet lang daarna ontstonden de plannen voor een nieuwe jongensschool, met gymnastieklokaal, en op 12 december 1921 werd de Mariaschool voor jongens plechtig geopend.
De eerste klassenfoto van de meisjesschool dateert van 1928 met juffrouw Worsteling en juffrouw Campman.